(Gepubliceerd in Musicmaker #08 – 2007)
TEKST: HARRY PATER
FOTO’S: HENRY KNEGT en HARRY PATER
Het kan soms snel gaan in de rock & roll, de Noord-Ierse hardrockband The Answer is daar een goed voorbeeld van. Begin 2006 trad de band voor het eerst buiten het Verenigd Koninkrijk op tijdens Eurosonic in Groningen, wat resulteerde in een flink aantal clubshows en enkele festivals in ons land en Europa. Dit jaar werd opnieuw Eurosonic aangedaan en was de band op toonaangevende festivals als Paaspop, Dauwpop, Bospop en Lowlands te zien. Daarnaast speelde the Answer op heel wat Europese èn Aziatische festivals, is het album Rise (2006) dusdanig succesvol dat er een uitgebreide versie (Rise II), met 15 bonustracks op een extra disc is verschenen en mocht de band Amy Winehouse vervangen als voorprogramma van de Rolling Stones in Duitsland. Niet gek voor een kwartet jonge muzikanten die ouderwetse hardrock in de traditie van Led Zeppelin, Free en Whitesnake spelen. Musicmaker sprak met gitarist Paul Mahon.
‘We zijn in 2000 met The Answer begonnen, nadat James, Micky en ik al een paar jaar in verschillende bandjes speelden en samen liedjes schreven. We speelden voornamelijk in kleine zaaltjes en pubs in Ierland en hadden verschillende zangers. Op een gegeven moment kwam ik op de universiteit aan de praat met Cormac, die daarvoor in Amerika woonde. We praatten al snel over muziek en omdat het meteen klikte tussen ons en ook met de andere jongens kwam hij bij de band. We gingen steeds meer optreden en namen demo’s op waarmee we de platenmaatschappijen en radio dj’s bestookten. Dit duurde zo’n drie jaar en leverde weinig op, totdat de Engelse Radio 1 dj Steve Lamaq ons begon te draaien en ons uitnodigde voor een sessie. Daar kregen we heel veel goede reacties op. Onze huidige manager hoorde het ook, zag ons optreden in Belfast en boekte een aantal optredens voor ons in Engeland. Omdat Ierland toch klein is, zeker als het om optreedmogelijkheden gaat, besloten we om – zoals de meeste Ierse bands doen – naar Engeland te verkassen en het daar te proberen. We deden showcases voor verschillende platenmaatschappijen en in 2004 sloten we een deal met Albert Productions, wat eigenlijk een Australische maatschappij is, waarna we na enkele singles en ep’s vorig jaar ons album Rise opnamen. Onze manager zorgde ervoor dat we als voorprogramma konden optreden bij onder meer The Darkness, Deep Purple, Whitesnake en The Who. En daarna konden we al op eigen kracht door Europa toeren.’
Dat zijn geen misselijke namen waarvoor jullie als beginnend bandje openden…
‘Daar heb je gelijk aan. Wat Whitesnake betreft weet ik dat David Coverdale ons ergens gehoord had en toen tegen zijn manager heeft gezegd dat hij ons als support act wilde hebben. Hij schijnt dat vaker op die manier te doen, zo heeft hij het ook ooit met Quireboys gedaan. Hij was heel aardig voor ons en zorgde ervoor dat we op ons gemak waren. Voor mij persoonlijk was het helemaal geweldig, want ik was vroeger een enorme Whitesnake fan. Op een gegeven moment was ik mijn gitaar aan het stemmen en toen kwam Craig Goldie erbij met zijn gitaar en gingen we lekker jammen, dat was erg leuk. Van Deep Purple hebben we alleen Don Airey ontmoet, maar ja, dat is dan ook een Ier hè? Ieren zoeken elkaar altijd op, waar we ook zijn. Als gitarist ontmoet je toch meer interessante mensen dan als bouwvakker, want nu heb ik ook Pete Townshend ontmoet, wat ik echt een eer vond.’
Hoe werden jullie als voorprogrammaband behandeld door de hoofdacts?
‘Over het algemeen goed, al waren er ook avonden bij dat we geen of slechts een heel korte soundcheck konden doen, maar omdat we altijd onze eigen geluidsman bij ons hebben – en hij is echt heel goed – was het geluid tijdens het eerste nummer altijd al goed. Tijdens de Whitesnake tour werden we echt als koningen behandeld. Hun crew hielp ons met alles, we kregen iedere keer uitgebreid de tijd om een soundcheck te doen en mochten hun spullen gebruiken als dat nodig was. Al op de eerste avond blies ik mijn versterker op tijdens de soundcheck. Hun gitaartechnicus probeerde ‘m te repareren en toen dat niet snel lukte (op de eerste avond was onze soundchecktijd beperkt) zette hij er een Marshalltoren van hun neer. En de volgende dag zei hij ons dat als we iets nodig hadden, we het gewoon moesten zeggen en hij zou het regelen. En het kostte ons geen cent. Heel aardige lui dus! En ook de bandleden: tijdens de drumsolo kwamen de gitaristen en de bassist vaak naar onze kleedkamer of iets van onze whisky te nuttigen en daarna gingen ze het podium weer op. We werden echt als gelijkwaardig behandeld. Dus ik kan je geen negatieve verhalen vertellen. Hoewel, we hebben wel regelmatig problemen gehad met bands die in ons voorprogramma speelden, vooral als die al langer bestonden dan wij en dan nog wel eens wat uit de hoogte deden. Gebaseerd op niets overigens, maar goed, dat gebeurt dus ook.’
Inmiddels hebben jullie op veel verschillende podia gestaan. Waar speel je het liefst?
‘We zijn natuurlijk in de kerkzaaltjes en schoolfeesten begonnen en daarna via de pubs en kleine clubs kwamen we als voorprogramma in de arena’s, stadions en op festivals terecht, waarbij we de ene keer in de openlucht spelen en de andere keer in een grote tent. Wat mij betreft komt het er op neer dat ik graag met een goed gevoel speel en dat krijg ik vooral als het publiek dichtbij staat, dat ik ze kan ruiken en dat ze mij haast kunnen aanraken. Als ik dat gevoel maar heb maakt het mij niets uit waar we dan staan. Al moet ik wel zeggen dat je op zo’n groot en hoog podium op een festival of in een stadion waarvoor dan eerst meters niemandsland is voordat het publiek tegen de dranghekken staat, je daar toch minder contact met het publiek kunt maken en dat is nou net wat we graag willen. Cormac vindt het geweldig om lijfelijk contact met de fans te maken, handen te schudden en zo en ik hou er van om als ik mijn gitaar laat janken deze boven de fans te houden en dat lukt dus niet zo goed in grote zalen en festivals. Een club waar zo’n duizend tot tweeduizend man in kunnen heeft mijn voorkeur. Het is dan zowel voor ons als voor het publiek niet te groot en ver weg, terwijl we toch een show naar onze wens kunnen neerzetten. Hoe groter het podium en de locatie, hoe meer volume er op en vanaf het podium komt en dàt vind ik iedere keer weer kicken. Je slaat een akkoord aan op je gitaar en je hoort het duizenden keren versterkt de zaal of het veld in gaan, dat is echt helemaal fantastisch!’
Repeteren jullie als band nog vaak?
‘Voordat we bekend werden en optredens hadden repeteerden we minstens vier of vijf keer per week. Maar nu we veel ervaring hebben is echt repeteren niet meer nodig, behalve als we nieuwe nummers hebben natuurlijk. En we doen uiteraard altijd onze soundcheck zelf, dus dan spelen we en verder heb ik altijd wel een gitaar in de buurt en James is een echte drummer die zijn handen nooit kan stilhouden, die zit echt overal mee en op te drummen. Maar daar klaag ik niet over, want ik zit altijd op een gitaar te pielen. En als je eenmaal een plaat gemaakt hebt die succesvol is waardoor je nog vaker optreedt kom je op een bepaald niveau dat repeteren als band niet meer nodig is.’
Jullie hebben in jullie korte bestaan al heel wat podia in Nederland betreden.
‘Klopt, dat begon al vrij snel toen we in 2005 voor Eurosonic geboekt werden en dat optreden leverde ons al de nodige optredens in clubs en kleine festivals op. Het jaar daarna werden we opnieuw gevraagd om naar Groningen te komen en daar waren toen nog meer promotors en organisatoren dan in 2005 en die waren heel enthousiast. Overigens niet alleen Nederlanders hoor, ook belangrijke mensen uit Scandinavië en Duitsland waren er en boekten ons. Maar Nederland was het eerste land waar we speelden buiten het Verenigd Koninkrijk, dus jullie land zal altijd een speciaal plekje in ons hart hebben. Het was voor mij zelfs de allereerste keer dat ik buiten Engeland kwam, dus da’s speciaal. Ik geef de voorkeur aan het Nederlandse publiek boven dat uit Engeland. Jullie zijn enthousiaster en laten dat goed merken en jullie gedragen je ook een stuk beschaafder dan veel Engelsen. Bovendien is te merken dan jullie veel meer van deze muziek weten dan de Britten, die zijn veel meer gericht op de mode van de dag en hebben geen idee wat er in de jaren ’60, ’70 en ’80 op muziekgebied is geweest, terwijl de Nederlanders – en trouwens ook de Scandinaviërs en de Duitsers – daar uitstekend van op de hoogte zijn. Engelsen gaan ook niet zo snel naar een hen onbekende band kijken. Daarom is het voor ons dan ook fijn dat we in het voorprogramma van gevestigde namen mochten spelen. Dat heeft ons veel fans opgeleverd. Toen we in Ierland begonnen waren het vooral mensen van onze leeftijd, maar we zagen steeds oudere mensen komen. Dat komt ook door de populariteit van bands als Wolfmother en The Darkness. Toen we met Whitesnake speelden werd de gemiddelde leeftijd meteen een stuk hoger, maar tegenwoordig is het ongeveer fifty-fifty jeugd en ouderen, een mooie mix vind ik.’
Welke landen hebben jullie inmiddels aangedaan?
‘We waren in Duitsland, Oostenrijk, Denemarken, Zweden, Noorwegen, Finland, Australië, Japan, Korea en in Amerika. Je hoort mij niet klagen!’
Jullie album is nu ruim een jaar uit. Hoe gaat het met de verkoop?
‘Het is geen instant succesplaat, het is langzaam maar zeker beter gegaan. Het is nog lang niet platina of zo, maar er zijn er tot nu toe ruim 95.000 van verkocht, wereldwijd. En overal waar we spelen verkopen we behoorlijk veel cd’s in onze merchandise stand en via internet gaat het ook goed. In alle landen waar we kopen ligt de cd ook in de winkels; misschien niet overal in de grote warenhuizen of winkelketens, maar zeker in de gespecialiseerde rockwinkels en dáár gaat ons publiek toch voornamelijk heen, omdat daar mensen werken die verstand van muziek hebben. We hebben ook al heel wat pers gehad en zeker in de meer gespecialiseerde bladen is het belangrijk dat je een goede recensie krijgt, want dan verkoop je gegarandeerd meer cd’s. En gelukkig waren alle kritieken die wij gezien hebben positief. Inmiddels kunnen we alle vier van de muziek leven. Toen we de band begonnen zat ik nog op de universiteit en leefde ik dus van mijn ouders. Ik heb ook nog nooit gewoon gewerkt. Micky en James hebben wel wat baantjes gehad, maar Cormac en ik niet. Sinds we drie jaar geleden met deze band begonnen heb ik geleefd van hetgeen we ermee verdienen. Ik heb nog geen villa met zwembad of zo, maar omdat we zoveel van huis zijn heeft dat ook geen zin. Ik bedoel, ik kan alle dagen gitaar spelen als ik dat wil en hoef niet naar de een of andere vervelende baas, dus wat wil je nog meer?’
Jullie werken met een vaste crew als jullie op tournee zijn?
‘Jazeker. Niet meteen vanaf het begin uiteraard, maar we hebben al geruime tijd onze vaste geluidsman, gitaartechnicus en een paar roadies die de boel opbouwen en opruimen en natuurlijk de buschauffeur. We hebben een fijne tourbus met een aanhanger erachter waarin we onze instrumenten en backline vervoeren. Een eigen PA hebben we niet. Die wordt per tournee gehuurd, hoewel we vaak in zalen spelen waar al een goede PA is, dus dan hoeft er niet nog eens een aparte installatie bij te komen.’
Hoe is de situatie in Ierland voor bands?
‘Het wordt steeds beter. Toen we begonnen waren er niet zoveel rockbands als wij en ook niet zoveel zalen. Ieren zijn toch wat traditioneler als het om muziek gaat en ze gaan dan ook vooral naar de pub, waar meestal toch andere muziek gespeeld wordt dan de onze. Ook de radio deed niet zoveel aan rock, maar draaide vooral van die Amerikaanse shitmuziek zoals rap en hiphop, maar de laatste paar jaar gaat het steeds beter. Niet dat wij er veel van merken, want we zijn of in Engeland of op tournee. Maar net zoals bij ons en illustere voorgangers als Geldof en U2 gaat iedere band die het een beetje goed doet op een gegeven moment naar Engeland, simpelweg omdat het daar “gebeurt” en in Ierland helaas niet. Je kunt best wel veel spelen in kleinere zalen, maar als je echt iets wilt bereiken moet je toch de plas over, bovendien speel je in die zalen meestal voor weinig geld. Ook als je een plaat wilt maken moet je naar Londen, want in Ierland zijn amper platenmaatschappijen en het zelf doen kost te veel.’
Je bent Iers èn bluesy rockgitarist. Dan denk ik aan één man…
‘Rory Gallagher natuurlijk! Wie anders. Ik ben te jong om hem ooit aan het werk gezien te hebben, maar ik ken natuurlijk al zijn platen. Mijn vader speelde vroeger in een showband en heeft in het verleden wel eens met hem opgetreden. Toen hij groot was begreep ik niet hoe goed hij was en wat hij betekend heeft voor Ierland en de Ierse muziek. Pas later, toen ik zelf leerde gitaarspelen, luisterde ik naar platen als Deuce, Blue Print en Jinx en toen probeerde ik hem na te spelen. Het leek en klonk immers zo simpel. Ik kwam er toen pas achter hoe goed Rory was! Volgens mij is hij de grootste gitarist ever; niemand komt ook maar in de buurt van zijn geweldige gitaarspel. En iedereen die hem ontmoet heeft vertelt over hoe aardig en bescheiden hij was. Ik vind het eeuwig zonde dat ik hem nooit ontmoet heb. Gelukkig heeft hij geweldige albums en dvd’s achtergelaten, die ik heel veel draai.’
Wat zijn de plannen voor de komende tijd?
‘Naast veel optreden, want we doen veel festivals èn we gaan tenminste één keer voor de Rolling Stones openen, gaan we aan de volgende plaat werken. We hebben al een stuk of acht nieuwe stukken opgenomen in een kleine studio, waar we later mee verder gaan. Of we al deze nummers gaan gebruiken of dat we andere nog te schrijven liedjes gaan doen is momenteel nog niet duidelijk. We schrijven continu nieuwe songs, in wisselende samenstellingen. Maar omdat iedereen even belangrijk is in de band als het om songschrijven gaat hebben we bij alle songs onze vier namen staan. Dat voorkomt ook problemen die veel bands voor ons wel hebben gehad. Wij zijn deze band als vier vrienden begonnen en willen niet om iets lulligs als “ik heb meer aan deze song bijgedragen dan jullie en dus wil ik meer geld hebben”, want daar wordt niemand beter van.’
https://www.theanswerrock.com/
THE ANSWER GEAR
Paul Mahon (the Answer) Guitar rig equipment list:
Amps:
1x Marshall Vintage Modern 100w Head (Main) Prototype
1x Marshall Vintage Modern 100w Head (Slave Amp) Early production model
Cabs:
2x Marshall 425 4×12 (Vintage Modern) A&B
2x Marshall 1960 4×12 A&B
Pedals:
Boss TU2 Tuner
Boss EQ Pedal
Boss DD3 Delay Pedal
Jim Dunlop Wah
Blackstar HT Dual Pedal
Miscellaneous:
1x Sequis Dual Motherload Speaker DI/ Power brake
1x Alesis Midiverb 3
Van Damme Cables
Guitars: (Different Tunings)
Gibson Les Paul Classic (Standard tuning/ Drop D)
Zematis Metal Front LP (Open E/ Slide)
Gibson Les Paul DC Standard (Spare)
Fender Telecaster USA Standard (Open G)
James Heatley (the Answer) Drum setup equipment list
Drums:
Shells- Ludwig Classic Maple in Champagne Finish
Kick Drum 26”
Rack Tom 14” (used on a Snare Stand)
Floor Tom 1 16” (on Legs/ Not a hanging Mount)
Floor Tom 2 18” (on Legs/ Not a hanging Mount)
2x Ludwig Black Beauty 14” Snare (one is a spare)
Cymbals- Meinl:
14″ Hi-Hats
18″ Crash
19″ Crash
22″ Ride Cymbal
20″ China
Hardware- All Ludwig
2x Snare stands
1x Hi Hat stand
4x Boom Stands
1x Kick Pedal
1x Drum Stool
Miscellaneous:
1x Honeywell Drum Fan 18”
1x Drum Carpet (Roughly 8’x 6’)
Sticks James uses Vic Firth “Rock”.
Micky Waters (the Answer) Bass rig equipment list
Amps:
1x Ampeg SVT CL Classic head
1x Ampeg SVT2 (non Pro) Used as a spare
Cabs: These are laid on there sides
1x SVT Classic 8×10 (Top Cab)
1x SVT Ultra 8×10 (Bottom Cab)
Pedals:
Boss TU2 Tuner
Boss Bass Over Drive
Guitars:
Zemaitis GZB-300-BK (with a Hipshot D Tuner installed)
Zemaitis GZB-300-NT (Spare)
Miscellaneous:
1x Sequis Dual Motherload Speaker DI/ Power brake.
Van Damme Cables
Strings:
Ernie Balls 45-100 Bass Strings
Cormac Neeson (the Answer) – lead vocal equipment list:
Mic- he owns a Shure Beta 58a but if a Wireless Shure U4 kit is available at festivals he’ll use that.
1x Round base Straight Mic stand
1x Hohner Mouth Organ- in “C” this is used in the intro to “Under The Sky”