v.l.n.r. Steve Hogarth (‘h’), Ian Mosley, Steve Rothery en Mark Kelly
(Pete Trewavas was even weg)
(Gepubliceerd in NOIZE Rockmagazine 1996)
Interview en foto’s: Harry Pater
Begin april 1996 verscheen het dubbele live-album Made Again van Marillion. Op 22 april trad de band op in het Utrechtse Vredenburg. Een dag eerder trad de band op in het radioprogramma Leidse Kade Live van de KRO op Radio 3, dat ‘s middags wordt opgenomen en ‘s avonds tussen acht en tien uitgezonden. Enkele tientallen gelukkigen hadden een (gratis) kaartje voor het programma weten te bemachtigen, waardoor ze de band een half uurtje semi-akoestisch zagen en hoorden optreden. NOIZE sprak ‘s middags met toetsenist Mark Kelly.
Jullie nieuwe cd kwam in Engeland nog uit op EMI, in Europa echter op Castle. Waarom?
‘We zitten niet meer bij EMI. Wij hadden een contract met hen en dat is nu afgelopen, in dat contract stond dat wij ze aan het eind van de contractperiode een liveplaat zouden laten uitbrengen, wereldwijd. Maar wij wilden helemaal niet dat zij de plaat zouden uitbrengen omdat ze de vorige twee studioplaten helemaal niet gepromoot hebben, met name in Engeland en Duitsland niet. Ze deden het echt heel slecht. Misschien zijn we wel gewoon te lang bij ze geweest. In Nederland was het wel beter. Het was net alsof EMI Marillion voor kennisgeving aannam als er weer een nieuw album uitkwam, zo van: o ja, ze hebben een nieuwe plaat, nou ja, hun fans zullen het wel weer aanschaffen. En vervolgens gingen ze weer verder met Eternal of de Pet Shop Boys, of wat er dan ook in de mode was op dat moment. Een label als EMI is er niet voor de muziek, ze zijn er volledig mee bezig om geld te verdienen. Hun opstelling ten opzichte van de muziek is in de loop van de jaren veranderd. Vroeger hadden ze veel meer een lange termijn kijk op de zaak, nu is het echt een kwestie van: we willen nu snel en veel geld verdienen.
Die manier van werken past niet bij een band als wij. Wij vinden dat we artiesten zijn en dat we niet om die redenen in de muziek zitten. We begonnen ons dan ook steeds minder thuis te voelen bij hen en toen het eind van ons contract naderde zeiden we dan ook dat we ergens anders wilden tekenen. Uiteindelijk sloten we een overeenkomst met hen waarin werd afgesproken dat zij ons het live album terug zouden geven, behalve voor Engeland. Zodoende kwamen we bij Castle terecht, die al eerder hadden laten weten in ons geïnteresseerd te zijn. Zij zijn begonnen met het uitbrengen van oud materiaal van bands die niet meer bestaan en artiesten die er niet meer zijn. Ze zijn overgenomen door Alliance, een Amerikaanse maatschappij, die blijkbaar flink wat geld in Castle gestopt heeft, en nu zijn ze zich aan het ontwikkelen tot een hedendaags label met hedendaagse artiesten in plaats van met artiesten die geen platen meer maken. Zij benaderden ons toen ze hoorden dat wij bij EMI weg wilden. Zeker zakelijk gezien is het nu veel beter geregeld. Met EMI was het zo, dat omdat we bij EMI in Londen getekend hadden, we alleen met EMI Londen te maken hadden, en zij hadden dan weer contact met de afdelingen in de rest van de wereld. Wij hadden dus niets te maken met de EMI afdelingen in de rest van de wereld. Wij hoorden nooit meteen hoe het ergens ging, wij hoorden het altijd via via via Londen, dus vaak veel te laat om ergens op te kunnen reageren. Bovendien wilden ze helemaal niet dat wij met de andere afdelingen spraken. Als wij bijvoorbeeld met EMI in Nederland wilden praten om te horen hoe het hier ging en zo, dan waren zij niet erg meewerkend, zeg maar gerust dat ze ons tegenwerkten. Dat lag dus niet aan de Nederlandse afdeling maar aan het hoofdkantoor.’
‘Nu hebben we veel beter en nauwer contact met alle gebieden waar we vertegenwoordigd zijn. We horen meteen of er iets aan de hand is, of ze willen dat we voor promotie of optredens komen en dergelijke. Bovendien zijn we ons eigen label begonnen, Raw, dat door Castle gedistribueerd wordt. Dat betekent onder meer dat de rechten voor de songs naar ons teruggaan als we Castle zouden verlaten, terwijl het in het geval van EMI zo is dat zij voor eeuwig de rechten op de songs hebben, hetgeen dus big business voor hen is. Kleine dingen zoals het zelf eigenaar zijn van je eigen songs maken het waard om je eigen label te beginnen.’
Spelen jullie Kayleigh ook tijdens deze korte tournee?
‘Nee. Sterker nog, we spelen geen enkel nummer uit de Fish periode in de set, alleen in de toegiften spelen we er een paar, als het publiek ze wil horen. Dat is onvermijdelijk omdat we zoveel nieuwe songs geschreven en opgenomen hebben sinds Steve in de band zit, dat het oudere materiaal langzaam maar zeker plaatsmaakt voor nieuwere songs. Uiteraard spelen we een paar heel oude songs als Freaks en Market Square Heroes, wat immers onze eerste single was, maar dat zijn wel de allerlaatste songs die we spelen als het publiek echt meer wil horen, maar in het echte optreden spelen we alleen songs die in de afgelopen zeven jaar geschreven zijn. Ik geloof ook heilig in het feit dat de band speelt wat het publiek graag wil horen.’
‘Bands die op tournee gaan en alleen materiaal van het nieuwste album spelen zijn volgens mij verkeerd bezig. Het publiek wil ook graag de favoriete songs horen naast de nieuwe songs, als band moet je daar een goed evenwicht in zien aan te brengen. Kayleigh is inderdaad onze grootste hit, maar ik geloof niet dat het de meest favoriete song van ons publiek, onze fans, is. Het is de Marillion song die iedereen kent, fans en niet fans, en een song die iedereen nog altijd vaak hoort, maar er zijn genoeg andere songs die men graag hoort. Wij als band luisteren goed naar wat de fans tegen ons zeggen, en het is ons gebleken dat we die song vaak genoeg hebben gespeeld en dat we het een tijdje moeten laten rusten. Dat wil niet zeggen dat we het nooit meer zullen spelen. Tijdens deze tour, hoewel, het zijn maar vier optredens, spelen we oude songs als Seasons End, die we al vijf jaar niet meer gespeeld hebben en waarvoor we echt goed moesten repeteren om ze weer te kunnen spelen, maar we hoorden dat de mensen die songs graag wilden horen en dus probeerden we een goede balans tussen oude en nieuwe songs te vinden.’
Waarom eigenlijk maar vier optredens en geen echte tour?
‘We zouden eigenlijk helemaal niet gaan optreden. Het is immers een live album en er is dus geen nieuwe materiaal om te spelen. Er was in feite ook geen liveplaat gepland; we zouden ooit wel weer een live album maken, maar het kwam wat eerder door het vertrek bij EMI en de beloofde live cd. We hebben live opnamen gemaakt van de Holidays In Eden tour, de Brave tour en de Afraid Of Sunlight tour, die we ooit wel eens zouden gaan uitbrengen, maar dat is dus allemaal vervroegd. We werken allemaal aan soloprojecten, waardoor de volgende studioplaat wat langer op zich laat wachten dan gebruikelijk, werd besloten om dus de live plaat uit te brengen. Vanwege dit alles wilden we ook niet optreden na de release, omdat dan de soloprojecten minstens drie tot vier maanden zouden blijven liggen, maar Castle wilde graag dat we een paar optredens ter promotie gingen doen, dus als compromis werd besloten om één optreden in Nederland, Duitsland, Frankrijk en Engeland te doen, en daarna weer met onze eigen projecten verder te gaan. Het zijn in feite allemaal fancluboptredens, want in Nederland heeft de fanclub alle kaarten opgekocht en ook in de andere landen zijn het voornamelijk leden van de fanclub en dat is mooi, we hebben dan een veel intiemere sfeer dan als we bijvoorbeeld in Ahoy’ spelen, wat eigenlijk een veel te grote hal is. Nu we er eenmaal mee bezig zijn wilde ik eigenlijk dat we meer dan vier optredens deden. Ik bedoel, ik ben twee weken bezig geweest om alle songs weer op een rijtje te krijgen en daarna hebben we een week gerepeteerd omdat we vooral songs spelen die we al lang niet meer spelen, en dat allemaal voor vier optredens… Het optreden in Parijs was snel uitverkocht en omdat we de dag erna vrij hebben zeiden we laten we nog een optreden in Parijs doen, maar onze manager zei dat we het moesten laten zoals we hadden afgesproken en het kleinschalig houden, het was immers niet als een tournee gepland en we hadden er ook geen tijd voor.’
Op Made Again staat de volledige Brave cd in een live versie. Op jullie vorige live dubbelalbum The Thieving Magpie deden jullie hetzelfde met Misplaced Childhood. Die plaat kwam uit nadat Fish de band verlaten had. Is het nu toevallig zo gebeurd of zit er meer achter?
‘Het was niet de opzet om het op dezelfde manier te doen als de vorige liveplaat, al zijn er natuurlijk wel veel overeenkomsten. We brachten vier studioplaten uit, de derde was een conceptplaat en die kwam in een live versie terug op het vijfde album. Hetzelfde deden we toen met Fish. Het lijkt erop alsof we zeven jaar later precies hetzelfde doen. Maar eerlijk waar, het was niet zo gepland, het gebeurde gewoon zo. Zowel Brave als Misplaced Childhood blijken alleen te werken als je ze helemaal speelt, speel je er alleen maar een paar songs van dan is het verband weg, de songs van deze albums horen gewoon bij elkaar. De meeste songs zijn geen songs maar meer als de hoofdstukken van een boek, en als je die door elkaar husselt is het verband weg. Behalve dat we vonden dat we het hele Brave album er op wilden zetten was het ook zo dat we live opnamen gemaakt hadden van de Holidays In Eden tour in 1991, drie optredens uit Parijs van de Brave tour die heel goed geworden waren en opnamen van de meest recente tour, die Rotterdam gemaakt zijn. Dus toen we inventariseerden wat we aan opnamen hadden leek het ons het beste om het op deze manier te doen.’
‘Dus op de ene cd de helft van het concert in Londen en de helft van Rotterdam en op de andere cd de Brave show uit Parijs. We proberen van onze fouten te leren. We kregen kritiek op The Thieving Magpie, omdat dat een verzameling van opnamen uit verschillende jaren was van heel veel verschillende optredens. Zo had je een song uit 1984, die werd gevolgd door een song uit 1987 en daarna weer eentje uit 1983, en zo, dus er zat geen continuïteit in. De mensen zeiden dat ze liever één optreden horen dan een verzameling opnamen van allerlei verschillende optredens. Dus eigenlijk meer als een live bootleg. Hoewel, als je een live bootleg wilt dan kun je uit een heleboel verschillende kiezen, maar wij wilden iets uitbrengen met een betere kwaliteit dan dat. Als compromis kwamen we met deze plaat, we hebben niet met de volgorde en met de opnamen geknoeid, dus weinig overdubs en zo. We hebben de opnamen zo dichtbij het origineel gelaten als mogelijk was. We wilden de atmosfeer van de optredens waarvan ze gemaakt zijn zo goed mogelijk behouden.’
Over bootlegs gesproken. Jullie optreden voor de radio vandaag zal ongetwijfeld binnen de kortste keren op cd te verkrijgen zijn. Wat vinden jullie daarvan?
‘Tja, hoelang duurt het tegenwoordig om een cd te maken, een week? Kan het ons wat schelen… het is uitermate vlijend als mensen concertopnamen van Marillion verzamelen op cd of op vinyl. Ik heb het in het verleden ook gedaan met andere bands, ik heb ook een paar bootlegs verzameld. Het is gewoon een ander aspect van de band waar je van houdt. Je hebt de studio cd’s of elpees en de liveplaten en daarnaast heb je de bootlegs en die zijn toch weer anders. Wat dat betreft heb ik er absoluut geen probleem mee. We hebben er zelfs geen problemen mee dat de mensen die de bootlegs maken ons er niet voor betalen! Ze komen ons heus niet aan het eind van het jaar een cheque brengen met de opbrengsten van de bootlegs, ha ha. Het is wel jammer dat het vaak zulke slechte opnamen zijn, vooral omdat je tegenwoordig zulke goede apparatuur hebt zoals digitale recorders.’
‘Je koopt cd’s en dan verwacht je iets speciaals met goede kwaliteit en niet opnamen die op een simpel recordertje gemaakt zijn met een simpele microfoon en dat je dan de mensen om de microfoon hoort schreeuwen en praten en de kwaliteit is dan matig tot slecht. Het is schandalig dat je twee tot drie keer zoveel als een gewone cd moet betalen voor iets dat de prijs absoluut niet waard is. Wij vechten er op onze manier tegen, want wij hebben zelf een paar live cd’s op ons eigen label uitgebracht met een paar duizend exemplaren per stuk, die we alleen via de fanclubs verkopen, van bepaalde opnamen. We maakten er eentje in 1991, Live At The Borderline, opgenomen in een kleine club in Londen. Maar wat gebeurde er: iemand maakte een kopie van die cd en noemde die Another Secret Gig en er stond bij dat deze ergens in New York was opgenomen, maar dat was dus niet waar want de opnamen waren uit Londen. Dus fans kochten die cd voor veel meer geld dan de originele en thuisgekomen kwamen ze tot de ontdekking dat ze die al hadden. Dus in feite voorzien wij de bootleggers tegenwoordig van kwalitatief goede opnamen. Je kunt niet van ze winnen dus, dat is wel duidelijk, maar that’s life.’
Afraid Of Sunlight was nogal een verschil met de vorige platen. Kunnen we van de volgende studioplaat iets dergelijks verwachten of wellicht nog meer verschil?
‘Dat verwacht ik wel. Ten eerste omdat we altijd al hebben geprobeerd om ieder album met iets anders te komen, we wilden nooit dat de volgende plaat een logisch vervolg op de vorige zou zijn. Ieder volgend album was een reactie op de vorige. Afraid Of Sunlight was in feite een reactie op Brave. We hebben zo lang aan ieder detail van Brave gewerkt om het precies zo te krijgen als wij dat wilden, dat Afraid Of Sunlight veel sneller klaar was. De songs hiervoor waren meer experimenteel, ze weken meer af van ons, zeg maar, normale gebruikelijke werk, we werkten anders aan de songs dan voorheen. Sommige songs hadden nooit op een Marillion album van vijf jaar geleden gekund. Maar wij dachten: Wat kan het ons verrekken, we proberen het gewoon en zien wel hoe het gaat. We proberen altijd om verder te gaan in onze ontwikkeling. Persoonlijk geloof ik dat we met bepaalde songs voor elkaar gekregen hebben wat we wilden en dat we dat met andere songs niet voor elkaar kregen, maar we zullen daar op de volgende plaat wel weer een antwoord hebben. Zo gaat het namelijk altijd.’
Soloprojecten
‘Waarom de volgende plaat in elk geval anders zal zijn is het feit dat we allemaal met onze eigen projecten bezig zijn. Iedereen is op zijn eigen nieuwe manier van werken en dat zal ongetwijfeld invloed hebben op het volgende Marillion project. We zullen uiteraard allemaal met nieuwe invloeden van buitenaf komen als we weer bij elkaar komen. De manier van schrijven van het nieuwe album zal in elk geval anders zijn, in feite is het meer als bij Seasons End, toen we het meeste materiaal zonder Steve Hogarth schreven omdat hij pas bij de band kwam toen we al bijna klaar waren. Steve begint namelijk met zijn eigen solo album als wij met het nieuwe Marillion album beginnen te schrijven. Het zal waarschijnlijk nu net zo als toen gaan dat wij de muziek klaar hebben als hij er bij komt en aan de teksten begint. Op zich werkt dat ook wel snel. Wat mezelf betreft ben ik nu met eigen ideeën bezig te ontwikkelen tot songs, iets wat ik in het verleden nooit deed. Ik had wel wat ideetjes, maar die liet ik dan aan de rest van de band horen en dan maakten we er samen iets nieuws van, maar omdat ik met mijn eigen project bezig ben word ik toch min of meer gedwongen om zelf aan het werk te gaan, ik werk dan nu ook met computers en zo. Ik denk ook dat ik die lijn doortrek naar mijn werk voor Marillion en dat ik mijn eigen ideeën voor songs uitwerk en ze dan pas aan de rest van de band laat beoordelen. Dus dat kan ook een reden zijn om weer een ander soort songs voor de volgende plaat te maken dan er anders gekomen zouden zijn. Datzelfde zal ongetwijfeld ook voor de rest van de band gelden, omdat ze haast allemaal aan hun eigen solo albums werken.’
Vertel eens wat over die soloprojecten. Zal de jouwe een keyboard-georiënteerde plaat worden bijvoorbeeld?
‘Goeie vraag. In feite ben ik het minst ver heen met mijn project van iedereen. Ik heb mijn ideeën en opzet gewijzigd namelijk in de periode dat ik er mee bezig was. Het zou een instrumentale plaat worden, maar nu heb ik de zanger van Jump, de band die in ons voorprogramma speelt, erbij. Hij zingt op heel wat van de stukken van de plaat en heeft daardoor voor veel veranderingen gezorgd. Het zal zeker wat agressieve elementen hebben. In eerste instantie zou het een volledig met keyboards, drumcomputers, samples en sequensers gedomineerde plaat worden, maar het bleek dat het toch allemaal veel te klinisch klonk voor veel van de songs, dus uiteindelijk zal ik toch weer met een complete band gaan werken, met een echte drummer in plaats van een drummachine, Pete zal basgitaar spelen en Ian zal in elk geval op een paar stukken meedoen, dus het zal geheel anders worden dan wat ik in eerste instantie van plan was.’
‘h (Steve Hogarth) werkt met verschillende mensen die niets met Marillion te maken hebben en gaat iets doen dat in helemaal niets op Marillion lijkt. Steve Rothery is bijna klaar met zijn project, wat een meer een soort bandproject is dat The Wishing Tree heet. Hij heeft een zangeres erbij en het doet me wat denken aan All About Eve en Joni Mitchell, dus wat meer akoestisch met vrouwenstem, dus ook dat is compleet anders dan Marillion. Ian heeft een project met een Franse gitarist, Sylvain Gouvenir genaamd, die in een Franse progressieve rockband gespeeld heeft. Sylvain heeft de meeste muziek geschreven en Ian heeft met hem aan de arrangementen gewerkt en dat is een volledig instrumentale plaat en voor zover ik weet is dat nu al uit. Je ziet dus dat we allemaal geheel verschillende dingen doen. Ik heb over Pete nog niets verteld, maar Pete heeft geen soloplannen maar werkt met iedereen mee, dus wij houden hem wel bezig. Je hebt nu eenmaal niet veel soloplaten van bassisten en drummers. Solo albums… dat is in feite een stomme uitdrukking die muzikanten gebruiken als ze met andere mensen gaan werken. Want laten we eerlijk zijn: ik maak geen solo album, al was dat wel de opzet, maar nu werk ik al met een zanger, ik denk op sommige stukken een bassist, gitarist en drummer nodig te hebben, dus het is absoluut geen solo album in de ware zin van het woord. We noemen ze maar outside projects denk ik, projecten buiten Marillion om.’
De afgelopen vijftien jaar bestond het leven van jullie toch voornamelijk uit een ononderbroken volgorde van platen maken, platen promoten, toeren, platen maken, etc. Wat doen jullie in de tussentijd?
‘Het feit dat we nu haast allemaal met die soloprojecten of outside projecten bezig zijn is een onderbreking van die cyclus van schrijven, opnemen en toeren. Dat is overigens helemaal geen vervelend leven hoor, we lopen echt niet tegen elkaar te zeuren van O God, nu moeten we alweer op tournee of weer een nieuwe plaat opnemen, zo werkt het bij ons niet. Alleen misschien als je weer moet beginnen met schrijven, want je begint doorgaans vanaf het nulpunt te werken. Maar ik vind het een goede cyclus want tegen de tijd dat je genoeg hebt van opnamen kun je gaan toeren en na drie tot vier maanden toeren heb je dat wel weer gezien en… nu heb ik bijvoorbeeld al weer zin en inspiratie om voor een nieuw album van Marillion te gaan schrijven, hoewel ik met mijn eigen project bezig ben geweest is het toch prettiger om met de band te werken dan in je eentje, want dat is toch wel eenzaam werken. We hebben trouwens helemaal niet de gewoonte om lang vrijaf te nemen. Het is bij ons niet zo dat we lang niets doen of met auto’s te racen of te zeilvliegen of zo, wij zijn geen Pink Floyd en we hebben niet zoveel geld om dat soort dingen te doen. Ook als we op tournee zijn hebben we niet echt veel vrije tijd.’
‘We staan doorgaans ‘s ochtends om een uur of tien op in ons hotel, we vertrekken daarna naar het volgende optreden, waar we meestal rond vier uur zijn, dan doen we een soundcheck om een uur of vijf, daarna gaan we naar het hotel, eten wat en rusten wat en tegen acht uur gaan we weer naar de zaal, dan treden we zo’n twee uur op en nadien drinken we nog wat en gaan soms naar een bar of een club, dan weer terug naar het hotel om te slapen en om tien uur de volgende morgen weer op. Je ziet dat er niet zo heel veel tijd is om iets anders te doen. Alleen als je langer in één en dezelfde plaats blijft heb je meer vrije tijd. Alleen onderweg in de bus lezen we of zitten achter de computer te spelen of te werken. De meeste vrije tijd is niet echt vrije tijd maar meer een kwestie van rondhangen en wachten op het volgende dat gedaan moet worden.’
Als je moet optreden en je weet dat het wordt opgenomen voor plaat- of radio-opname, ben je je daar dan extra van bewust?
‘Jawel, al is het tegenwoordig natuurlijk niet meer zo paniekerig als in het verleden, maar een zekere extra druk is er altijd wel, je wilt het immers zo goed mogelijk op tape krijgen. Maar omdat we tegenwoordig onze eigen mobiele studio met eigen recorder hebben die we ieder gewenst moment kunnen gebruiken en als we niet tevreden zijn de opnamen gewoon in de kast laten liggen en wachten tot we een betere opname hebben is het tegenwoordig haast geen probleem meer. In het verleden moesten we een mobiele studio huren en dat was nogal duur en dus wilde je zo snel en zo goed mogelijk de opnamen maken, waardoor je juist fouten ging maken, en als je die opnamen dan niet kon gebruiken vanwege die fouten dan had je in feite geld weggegooid. In Parijs hebben we alle drie avonden opgenomen tijdens de Brave tour. De eerste avond gebruik je dan om alles goed door te nemen en dat is ook wel nodig, want regelmatig zijn er dingen die kapot zijn of niet goed afgesteld zijn. Het is tenslotte een live show, en er hoeft bijvoorbeeld alleen maar een microfoon voor de basdrum niet goed te zijn en je kunt de opname al niet meer gebruiken. Omdat we drie avonden hadden was er niet veel druk en toen bleek dat de tweede avond de beste van de drie was. Wij dachten zelf dat de eerste avond het beste was, maar terugluisterend bleek toch dat het de tweede avond was die het best weergaf hoe wij het wilden hebben.’
Jullie spelen in hallen als Ahoy’, in concertzalen als Vredenburg en in clubs als Aladin in Bremen. Waar geef je de voorkeur aan?
‘Dat hangt van het soort optreden af. De Brave tour hebben we bewust in clubs gedaan omdat de intimiteit van het album in grotere zalen niet tot z’n recht komt. In Nederland deden we toen iets van tien optredens in kleinere zalen in plaats van één keer in Ahoy’. Ikzelf geef de voorkeur aan spelen in kleinere zalen. Grote zalen zijn ook prima, vooral als je een groot publiek hebt, maar als je alleen maar in grote zalen speelt wordt het vervelend, want je verliest het contact met het publiek en je verliest het contact met de andere leden van de band omdat je op een groot podium speelt en je ziet elkaar amper. Als ik terugdenk aan de Clutching At Straws tour… dat was een miserabele tour. Het was net alsof we toen ieder voor zich alleen aan het spelen waren, ik stond op een grote verhoging en ik had geen enkel contact met iemand van de band en je mist dan alle lol die je hebt zoals wanneer Pete bij me komt en me iets leuks vertelt. Kortom: je mist dan de interactie tussen de muzikanten op het podium die je wel hebt als je op een klein podium staat. Bovendien, ik stond zover achterop het podium dat ik de eerste rijen van het publiek niet eens kon zien, dus het contact met hen is er dan ook helemaal niet. Je vraagt je dan echt af: wat doe ik hier in vredesnaam? Je hebt dan niet eens het gevoel dat je voor een publiek staat te spelen, je speelt alleen maar voor dat geluid dat je hoort als je stopt met spelen.’
‘Eén of twee keer tijdens een tournee in zulke grote hallen of festivals, da’s prima, maar iedere keer: nee dank je wel! We hebben bijvoorbeeld in Mexico en in Rio in voetbalstadions gespeeld en de eerste keer dat je dat meemaakt is dat helemaal te gek, maar na een paar keer heb je dat echt wel gezien. Dus wat mij betreft speel ik liever in kleinere zalen. Vredenburg is groot genoeg. Als je in een band als Bon Jovi speelt, met alleen maar zulke stadions, dat lijkt me vreselijk langdradig. Ik heb het dan op een veel kleinere schaal zelf meegemaakt, maar ik moet er toch niet aan denken om iedere keer in stadions te spelen. Het wordt gewoon vervelend, het is gewoon de menselijke natuur, maar op een gegeven moment waardeer je het niet eens meer, want het doet je niets. Je kunt de mensen halverwege het stadion niet eens meer horen, laat staan zien.’
Is er nog wel eens contact tussen jullie en Fish?
‘Nou, eigenlijk alleen via onze wederzijdse advocaten. Hij is namelijk nogal inhalig en probeerde een aantal keren meer geld te ontvangen dan hem toekwam. Hij is een paar jaar geleden eens bij een optreden van ons geweest en toen hebben we na afloop nog even hallo tegen elkaar gezegd, maar da’s alles. We zijn indertijd niet voor niets uit elkaar gegaan en vooral de manier waarop hij met de split in de pers is omgegaan heeft er voor gezorgd dat we niet echt on speaking terms met hem zijn. Marillion is nu echt een vriendengroep, we zien elkaar ook buiten de studio en podia om, iets wat toen niet meer gebeurde. Omdat hij een moeilijke periode doormaakte hadden wij ook een rottijd. Nu is alles anders, gelukkig.’